Het leven is geen sprookje

Ze wijken beide van hun route af, de gezenderde wolf en het meisje in haar felrode regenjas met reflectiestrepen dat op weg is naar haar zieke oma. Haar moeder is te moe om boodschappen langs te brengen en de online bezorgdienst is overbelast. De wolf wil over het hek dat is neergezet om hem tegen te houden en het meisje weigert om zich aan de navigatieroute op haar telefoon te houden en belandt op het kerkhof. In ‘Wolf’, een van de zeven sprookjesbewerkingen in De meisjes van Annet Schaap, overheerst de onttovering. De wolf onderhandelt met de boswachter over de grootte van zijn territorium en het meisje probeert haar overwerkte moeder te ontlasten die de mantelzorg voor oma er even niet bij kan hebben. Ook in ‘Koekjes’ komen dochters in gevaar omdat de vader te veel werkt. In een kinderporno-achtige setting worden Haasje en Griet uitgebuit voor koekjesreclames. Hun vader gaat zo op in zijn werk dat hij vergeet dat hij kinderen heeft en ze zonder eten achterlaat. De scènes waarin de zusjes hun speelgoed en huisraad met klasgenoten ruilen voor de inhoud van hun broodtrommeltjes zijn hilarisch.

Schaap, die in 2017 met Lampje debuteerde als prozaschrijver, speelt met het genre van het sprookje en combineert bekende met actuele elementen. In ‘Meneer Pelsteel’ laat ze de hoofdpersoon dagdromen in de vorm van een sprookje.

[V]oor ze het weet spint ze haar gedachten uit tot een gouden draad. Haar droom heeft altijd ook een deel twee: Het Aanzoek, en een deel drie: Verloofd! Als ze de tijd heeft kan ze hem nog veel verder uitspinnen: De Koninklijke Bruiloft, De Wittebroodsweken, en dan: Lang en Gelukkig… De draad wordt langer en langer. Hij glinstert in de zon.
Vlak voor De Huwelijksnacht is het tijd om de aardappels op te zetten. Ze windt de draad om een klosje en staat op om het fornuis aan te steken.

Als de koning bij haar vader langskomt, ziet hij in het meisje dat van stro goud kan maken vooral een verdienmodel. Hij heeft de schatkist leeggeplunderd en heeft geld nodig. Als op het paleis geen huwelijksaanzoek volgt, maar eenzame opsluiting in een vochtige kelder verandert het meisje haar verhaal. Ze bevindt zich nu in deel 1A: de beproeving. Net als in het echte verhaal van Repelsteeltje trouwt de spinster met de koning. Niet de naam van meneer Pelsteel redt de baby van het meisje, maar de verwarring over haar eigen naam, die niemand op het paleis weet. De jonge moeder werpt zelf een raadsel op en ontsnapt aan de demonische Pelsteel en aan het verstikkende huwelijk met de koning. Zo weet Schaap, die haar sprookjesboek zelf voorzag van prachtige, onheilspellende zwart-wit illustraties, door de combinatie van de archaïsche ingrediënten uit het originele sprookje van de gebroeders Grimm en moderne vrouwelijke autonomie een nieuw spannend verhaal te creëren.

‘Het leven is geen sprookje,’ zegt de tante van het meisje dat al maanden met een kikker in haar bed slaapt die maar niet in een prins verandert, hoe vaak ze hem ook zoent. Ze stuurt haar nichtje op mannenjacht in de stad. De enige man die belangstelling voor haar heeft, wil haar al tijdens de eerste date veranderen. Ze mag geen suiker meer eten en moet haar haar los dragen. Opeens is de kikker, die altijd blij is haar te zien en gezellig in de spoelbak plonst tijdens de afwas, niet zo’n gekke huwelijkskandidaat meer.

Schaaps Blauwbaardbewerking is even spannend als het origineel. Het belezen zusje dat dikke geschiedenisboeken met lange voetnoten verslindt, weet net op tijd haar naïeve zusje uit de moorddadige handen van de dominee, over wie veel geroddeld wordt in het dorp, maar aan wie de ouders van de zussen zonder na te denken hun jongste dochter als dienstmeisje verhuren, te bevrijden. Zoals de meisjes autonomer zijn dan hun evenknieën in de originele sprookjes zijn de ouders bij Schaap nadrukkelijk slechter.

Het mooiste sprookje in De meisjes vind ik ‘Monstermeisje’ over Belle die het beest is. Prinses Belle wordt als harige bovenmaatse baby geboren en door haar moeder naar een verlaten eiland met een toren verbannen waar zij op een prins moet wachten die haar moet genezen van haar monsterlijke lichaam. Tot er een matroos aanspoelt, is de pinnige gouvernante Morsegat Belles enige gezelschap. Morsegats voornaamste taak is het ontharen van Belle met een pincet, een pijnlijke en volkomen zinloze bezigheid. De zeeman zet alle verhoudingen op het kleine eilandje op zijn kop. Het verhaal heeft dezelfde mysterieuze sfeer en dubbele bodems als Lampje, waarvoor Schaap de Gouden Griffel, de Nienke van Hichtum-prijs en de Woutertje Pieterse Prijs won. De meisjes heeft alles in zich om net als Lampje een nieuwe kinderklassieker te worden en doet verlangen naar een nieuwe roman van de auteur over een ontwapenende heldin die alle grenzen overschrijdt.

Marie-José Klaver

Annet Schaap – De meisjes. Zeven sprookjes. Querido, Amsterdam. 248 blz. € 14,99.