Bloed, pis en kots

Een groep is een bloeddorstig monster blijkt uit de historische roman A.D. van Gustaaf Peek. Aan het eind van de zestiende eeuw volg je de bemanning van een Oost-Indiëvaarder, met de verwachting dat er een scheepslading waardevolle producten mee terug kan. Dat levert geen romantische beschrijving op van avontuurlijke ontdekkingsreizigers, maar een rauwe weergave van mannen en enkele vrouwen die elkaar het licht in de ogen niet gunnen.

Peek koos een uiterst ingewikkeld perspectief: er is een verteller die in de eerste tweehonderd bladzijden voor de gehele bemanning spreekt en telkens inzoomt op een van hen. Je krijgt niet echt een band met iemand waardoor je op afstand blijft van de personages die elkaar verraden, mishandelen en seksueel misbruiken. Er is geen ruimte voor teerhartigheid aan boord en ook niet bij de lezer. De pis, de kots en het bloed vloeit van de pagina’s. Er worden mensen opgehangen, aan de haaien gevoerd, buiken worden opengereten en baby’s zonder pardon vermoord. Voor de mannen zijn de gruwelijke bestraffingen vooral een welkome onderbreking van het harde werken. Zolang je zelf maar buiten schot blijft, is er niets aan de hand.

Om het allemaal nog moeilijker te maken formuleert Peek vaak eindeloze zinnen waarin meerdere zinnen opgeslokt zijn, zonder dat er veel verbanden gelegd worden. Je mag blij zijn als je ongeveer de helft begrijpt. In het tweede deel van de roman, als het schip ontploft is en ze aan land gaan, wordt het boek iets begrijpelijker omdat je het verhaal dan door de ogen van een ouderloze jongen volgt. Deze jongen, waarschijnlijk van gemengd bloed, Indonesië kent een lange geschiedenis van kolonisatoren, ziet de ‘roden’, de West-Europeanen dus, huishouden onder de bevolking.

De meest intrigerende figuur is wellicht Nicolaas, de zwarte man die als een soort lijfwacht van de schipper werkt tot jaloezie van de rest die hem een verrader vinden, want ‘een man die zo afstand doet van z’n soortgenoten is geen mens maar een dier.’ In het tweede deel blijft Nicolaas een buitenstaander en dat is altijd gevaarlijk.

Je kunt honderden bezwaren aandragen tegen deze roman, maar A.D. onttrekt zich gelukkig wel aan de koekoek één zang van veel hedendaagse literatuur waar je het verhaalschema door de hoofdstukken ziet schemeren. Peek experimenteert met een meerstemmig vertelling waaruit een navrant beeld van de geschiedenis opdoemt. Dat we de periode erna onze Gouden Eeuw noemden, laat je na lezing van dit boek wel uit je hoofd.

Coen Peppelenbos

Gustaaf Peek – A.D. Querido, Amsterdam. 352 blz. € 23,99.

Deze recensie verscheen eerder in een iets kortere versie in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden op 22 oktober 2021.

Lees ook de recensie van Erik-Jan Hummel over dit boek.