Wat is literatuur, James Worthy?

Begin april was ik te gast in het wetenschapsprogramma Atlas. Daar mocht ik iets vertellen over het onderzoek dat ik beschreven heb in mijn boek Het raadsel literatuur: is literaire kwaliteit meetbaar? De vraag wat literatuur is wilde Atlas ook voorleggen aan James Worthy. Hij zag af van een bijdrage, maar schreef onlangs in de Nieuwe Revu wel een column over het verzoek en over de vraag wat literatuur is, die de prikkelende kop ‘Wat literatuur dan ook mag zijn, kennelijk is het stervende’ kreeg. Hij bedankte voor de uitnodiging omdat hij, zo schrijft hij, echt niet weet wat literatuur is – ‘Om eerlijk te zijn weet ik ook niet wat ik aan het doen ben.’

Die werkwijze pakt niet eens zo slecht uit. Lezers gaven James Worthy’s roman James Worthy voor literaire kwaliteit een 3,79 op een schaal van 7. Dat lijkt laag als je weet dat de nummer 1 Julian Barnes’ Alsof het voorbij is een 6.6 haalde. Maar het is nog altijd ruim boven Vijftig tinten grijs, met een score van 2.1 volgens de lezers het minst literaire boek in de lijst die ze voorgelegd kregen. En ‘De lezer is de baas’, schrijft Worthy.

Toch is er wel het een en ander te zeggen over wat een boek in de ogen van de lezers (en niet-lezers!) literair maakt en wat niet. Het blijkt namelijk dat de schrijfstijl er wel degelijk toe doet: hoe literairder een boek wordt gevonden, hoe moeilijker het taalgebruik meestal is. (Het omgekeerde geldt trouwens niet: een moeilijk leesbaar boek kan ook gewoon slecht geschreven zijn.) Boeken die hoge scores voor literaire kwaliteit kregen van lezers gebruiken meer verschillende woorden en hebben zinnen die gemiddeld langer en ingewikkelder zijn dan romans met een lage score.

Maar ook factoren die niets met de taal te maken hebben spelen een rol. Als een roman gepubliceerd is met het label Romantiek, is de kans op literair succes verkeken. En een literaire roman geschreven door een vrouw wordt standaard minder literair gevonden dan een literaire roman van een man. Aldus de deelnemers aan Het Nationale Lezersonderzoek – waarvan 71 procent vrouw was.

Elke keer als ik dat vertel in een lezing over mijn onderzoek leidt dit tot verbazing en discussie. Heftige discussie zelfs. Dat wijst er wel op dat literatuur de emoties behoorlijk bezig kan houden en dus verre van stervende is. ‘Wat is literatuur?’ vraagt James Worthy zich toch nog eens af in Nieuwe Revu, ‘Is het met mes en vork lezen? Ik denk het niet. Lees vooral met uw handen en loop nog zeker twee dagen met de resten van het verhaal onder uw nagels rond.’ Hier ben ik het niet helemaal mee eens. Twee dagen vind ik wat kort.

Karina van Dalen-Oskam

Karina van Dalen-Oskam is hoofd van de afdeling Computationele Literatuurwetenschap aan het Huygens ING en hoogleraar Computationele Literatuurwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. Zij was projectleider van The Riddle of Literary Quality (2012-2019) en leidt momenteel onder meer het project Track Changes: Textual scholarship and the challenge of digital literary writing en (aan University of Wolverhampton samen met Bas Groes) Novel Perceptions: Towards an inclusive canon.