Teloorgang van een bloeiende Joodse samenleving in Berlijn

Gabriele Tergit – pseudoniem voor Elise Hirschmann (Berlijn, 1894 – Londen, 1982) – werd geboren in een Joods gezin in het gegoede milieu en werkte na haar studies filosofie en geschiedenis als eerste vrouwelijke rechtbankverslaggever in de Weimarrepubliek in een door mannen gedomineerde omgeving. Ze werkte voor het Berliner Tageblatt dat door de Duitsers werd gezien als liberale, Joodse krant. Vanwege de dreigende machtsovername door het naziregime besloot Tergit in 1933 – na de brand in de Reichstag en net op tijd, want de nazi’s hadden hun oog al op de belangrijke en invloedrijke journalist laten vallen – om Duitsland vanaf Tiergarten met de S-Bahn te verlaten en via Tsjechië de wijk te kiezen naar Palestina; een lastig besluit voor haar, omdat ze in wezen het zionisme afwees. In 1938 vestigde ze zich definitief in Londen.

Na het verschijnen van haar magnum opus De Effingers was het haar grote wens om nogmaals een indrukwekkende roman te schrijven over de Joods-Duitse bourgeoisie. Dit schreef ze onder de titel So war’s eben. Er is destijds aardig wat ‘gerommeld’ in de lijvige roman, bepaalde families werden er zelfs rigoureus uitgeschreven. Het duurde nog tot 2021 voordat Duitsland er eindelijk klaar voor was om het werk onverkort en in originele staat uit te geven onder redactie van Nicole Henneberg, waarna Mattanja van den Bos de vertaling naar het Nederlands voor haar rekening nam. De roman, die bij uitgeverij Van Maaskant Haun verscheen als Zo was het nu eenmaal, behelst de periode van 1897 tot de zestiger jaren van de twintigste eeuw.

Zo was het nu eenmaal vertelt het verhaal over het verval van Pruisen en van een aantal Duitse en Joods-Duitse families in Oost- en West-Berlijn – middenklasse gezinnen en gegoede lui – tijdens grofweg de eerste zes decennia van de twintigste eeuw. De vriendschappelijke banden tussen de diverse families komen door de veranderende politieke mores op scherp te staan en ook in het geval van een gemengd huwelijk wakkert de (naderende) oorlog het antisemitisme aan. Dit gebeurt grotendeels tijdens de inflatie, die vooral in de schoenen wordt geschoven van de ‘roofzuchtige vreemdelingen’.

Buitenlandse Joden hebben hier hele straten opgekocht. U zult mijn verontwaardiging delen. […] De inflatie is de rooftocht van het grote geld tegen de kleine burgers.

Een belangrijke en informatieve rol is weggelegd voor de diverse leden van de redactie van de fictieve Berliner Rundschau, waar heel wat wordt bekonkeld en men vaak van mening verschilt over de stand van zaken in de politieke wereld.

Veel kwam voort uit verkeerde aannames. De menigte was woedend vanwege haar Duitse taal, de Sudetenduitser vriendelijk vanwege de Duitse taal. Als hij had geweten dat ze Jodin was dan had hij haar niet vriendelijk ‘landgenote’ genoemd en als de Tsjechen geweten hadden dat ze vervolgd werd, dan waren ze vriendelijk geweest. Zo ingewikkeld was alles overal.

Hoofdredacteur Heye blijft zijn democratische gedachtegoed trouw. Het alter ego waarmee Tergit zichzelf opvoert in de gedaante van Grete, wordt journalist bij Berliner Rundschau. Haar familie is niet enthousiast over haar functie, maar de ambitieuze Grete zet onverzettelijk door op haar ingeslagen weg.

De verschillende gezinnen maken allen een ontwikkeling door. Neem bijvoorbeeld het gezin Von Rumke. Het behoort tot de rijkere klasse en dreigt na de Eerste Wereldoorlog uit elkaar te vallen, wanneer hun kinderen elk een eigen weg kiezen. Freia verlaat het ouderlijk huis door met een Joodse man te trouwen en Jürgen begeeft zich in communistische kringen. Interessante rollen zijn weggelegd voor de oudste zoon Friedrich Wilhelm en zijn tweede vrouw Ruth – Edeltrauth – Stahlmacher; hij overtuigd nationaalsocialist die zijn Joodse zwager probeert te redden en de meedogenloze Ruth die vastbesloten opgaat in haar Arische rol, haar Joodse kennissen verraadt, maar toch een Joodse onderduiker in huis heeft.

In de herfst van 1944 ging er om de drie dagen een transport. Alle bekenden […] werden getransporteerd. Niemand wist waarheen. ‘We komen in een ander getto terecht.’ […] ‘Ja, ja’ zei iemand anders, ‘je lijdt hier weliswaar een verschrikkelijke honger, maar je bent hier tenminste al gewend.’
‘Hoe heet de plek waar u naartoe gaat?’
‘Birkenau.’

Een groot deel van de roman bestaat uit dynamische, politieke en maatschappijkritische dialoogscènes, waardoor de gebeurtenissen van de geschiedenis en de politieke onrust zich voor het oog van de lezer ontwikkelen. Er heerst ongeloof bij de Joodse gemeenschap, hun rustige en goede leven is aan het wankelen en uiteindelijk moeten ze zelfs kamers onderverhuren vanwege armoede, geldontwaarding en woningnood. De veranderingen van het dagelijks leven in de verschillende sociale klassen, werkloosheid, Beurskrach van 1929 met zijn hyperinflatie, vervolging en ballingschap worden gedetailleerd in beeld gebracht. De Shoah komt vanzelfsprekend aan bod, maar wordt niet tot in de kleine details beschreven.

De roman bestaat uit vijf duidelijk afgebakende delen: Keizerrijk, Oorlog, De Republiek Weimar, Het Derde Rijk, Na de oorlog. In het laatste deel van de roman gaat Grete in de vijftiger jaren naar Londen en New York om oude bekenden op te zoeken. De verschillende personages hebben zich in ballingschap verspreid over diverse landen. De bezoeken zijn als een afscheid nemen van het ‘oude leven’ en het zich openstellen voor het ‘nieuwe oude leven’.

Het aantal namen dat Tergit opvoert is duizelingwekkend te noemen. De losse appendix met alle personages is een welkom hulpmiddel om duidelijkheid te verschaffen. Ook het overweldigende aantal scènes die beschreven worden, laten de lezer soms bijna naar adem happen. Maar de aanhouder wint, komt steeds vaster in het verhaal en wordt uiteindelijk beloond door deze caleidoscopische roman door het panoramische beeld van dit roerige en beklemmende stuk geschiedenis. De ‘vergeten’ auteur geeft een authentiek tijdbeeld van de geschiedenis van Duitsland.

Tergit beschrijft in deze indrukwekkende sociale kroniek de mores en de karakters in heldere taal en zonder een blad voor de pen (mond) te nemen. Haar nuchtere, lucide kijk op maatschappij en politiek is wars van sentimentaliteit en is geschreven in een haast zakelijke stijl. Wel beschrijft ze in de journalistieke fragmenten de sterke fundamentele veranderingen, die niet alleen veranderingen zijn door de tijdgeest, maar ook door het doormaken van de Groote- en Tweede Wereldoorlog. De journalistieke beschrijvingen waren voor Tergit uiteraard een kolfje naar haar hand. Ze laat zien waar de titel voor lijkt te staan en wekt daarmee de indruk dat het bedoeld is als een gelaten uitdrukking. Zo was het nu eenmaal/so war’s eben, het is voorbij en we moeten leren van onze fouten, maar kunnen niets meer aan het verleden veranderen.

Marjon Nooij

Gabriele Tergit – Zo was het nu eenmaal. Uit het Duits vertaald door Mattanja van den Bos. Van Maaskant Haun, Zorgvlied. 596 blz. € 26,99.