Mythe, sprookje, roman, gedicht

Anne Carson is een Canadese dichter en classicus (en essayist, criticus, vertaler, literatuurwetenschapper, wat al niet) die met enige regelmaat genoemd wordt als Nobelprijskandidaat en desondanks in Nederland relatief onbekend is. Als dichter schrijft ze nogal onconventioneel werk, wat het onlangs in vertaling verschenen Rood overduidelijk illustreert. Zijn het gedichten? Een roman? Toneel misschien? Speelt het zich in de Griekse oudheid af? In het moderne Zuid-Amerika? Is de roodgevleugelde Gerion een antieke held of een twintigste-eeuwse fotograaf? Het is het allemaal.

In Rood zijn twee van Carsons belangrijkste werken nu in één band in het Nederlands beschikbaar. Het eerste, Autobiografie van Rood uit 1998, was al in 2000 in vertaling verschenen, het vervolg, Rood Doc> uit 2013, is nu voor het eerst vertaald.

De twee delen, twee romans volgens de ondertitel, verschillen nogal van vorm. In golvende, afwisselend lange en korte regels verhaalt Autobiografie van Rood over de onstuimige liefde tussen het jongetje Gerion en Herakles. Maar de mythologische thematiek is niet traditioneel plaats- en tijdgebonden. Ook het verhaal van de liefde tussen deze twee jongelingen zul je niet in de verhalen over antieke helden terugvinden. Carson maakt er eerder een soort Bildungsroman van, of een nieuw Zuid-Amerikaans sprookje. Met fraaie excursies, zoals deze over de tango:

In dit fragment is het effect van de vorm zichtbaar en voelbaar. Juist de afwisseling van kort en lange regels dwingt de lezer om door te lezen, zich mee te laten slepen om tenslotte bijna in de zelfde roes te geraken die Gerion oploopt in dat tangocafé. Ook de liefde tussen de twee jongens krijgt op deze manier iets meeslepends. En het is ook precies door deze cadans dat het abrupte einde van de liefdesrelatie (Herakles laat Gerion vallen als een baksteen) aan het slot nog wel even nagalmt.

Hoewel Carson haar privéleven altijd duidelijk afschermt, wordt haar poëzie over het algemeen als erg persoonlijk beschouwd. De tweede ‘roman in verzen’, Rood Doc>, die zich vijftien jaar later afspeelt, is, geeft zij toe, (ook) een ode aan haar overleden moeder, die zij ooit de grote liefde van haar leven noemde. Gerion is ook hier weer de hoofdfiguur, al heet hij in dit deel slechts G. Hij wordt in Rood Doc> vergezeld door Sad, die voluit Sad But Great heet, en door Ida. Qua vorm is Rood Doc> een totaal ander werk dan Autobiografie van Rood. De brede, golvende regels hebben plaatsgemaakt voor een heel strakke kolom tekst midden op de pagina, met brede marges links en rechts. Maar de verhalende, intrigerende taal is gebleven.

Naast deze in het oog springende bladspiegel toont Rood Doc> nog een ander gezicht. Op gezette tijden wordt de smalle tekstspelonk onderbroken door teksten die zich meer als een gecentreerd gedicht voordoen, alle getiteld ‘Vrouw van Brein’. Deze vrouw becommentarieert, bekritiseert en relativeert de verhaallijn in de tekststroken, zoals de reien dat in het renaissancetoneel deden – daarmee accentuerend dat de smalle doorlopende tekst in feite een toneelstuk is. En inderdaad, er wordt in deze tekstengte tussen de brede, witte coulissen van de bladspiegel ook een uit de hand gelopen toneelstuk opgevoerd. Ook de ‘Vrouw van Brein’ geeft haar visie op de verschillen tussen de literaire genres:

Wat de drie vormen, de golfbeweging uit de Autobiografie en de stroken en de gedichten van de Vrouw van Brein uit Rood Doc> met elkaar verbindt, is de vloeiende, oorspronkelijke en verrassend toegankelijke taal van Anne Carson. De bijzondere combinatie van Griekse mythe, Zuid-Amerikaans sprookje en coming-of-ageverhaal maakt van Rood een tegelijk hermetisch en toegankelijk werk. De onophoudelijke reeks literaire en historische verwijzingen, de vele neologismen en het vaak bewust alledaagse taalgebruik vormen een boeiend geheel dat je niet zo een twee drie weglegt. Ook de vertaling moet een werk van mythische proporties zijn geweest. In haar nawoord doet vertaler Marijke Emeis onder andere verslag van haar speurtocht naar goede Nederlandse equivalenten van Carsons soms paradoxale beelden. Ook zij is in haar imposante werk meer dan geslaagd.

Jan de Jong

Anne Carson – Rood. Twee romans in verzen. Vertaald door Marijke Emeis. Koppernik, Amsterdam. 336 blz. € 29,50.