Een act gratuit s.v.p.

De novelle De reis van Horace Pirouelle, van de Franse schrijver Philippe Soupault (1897 – 1990), verscheen in 1925, maar al in 1918 had Soupault het manuscript van een eerdere versie – korter dan die van 1925 – cadeau gedaan aan zijn vriend Blaise Cendrars. In één zin vijf jaartallen opvoeren is riskant, wegens het risico van afhaken van lezers, maar Soupaults geboorte- en stervensjaar noemen is relevant voor deze bespreking en dat is ook het opvoeren van 1918 en 1925.

In 1918 werd Soupault een dadaïst. Samen met André Breton richtte hij het avant-garde tijdschrift Littérature op, dat vrijwel onmiddellijk een magneetfunctie ging vervullen voor het Franse dadaïsme. Binnen enkele jaren evolueerde dat tot surrealisme, dat als min of meer georganiseerde beweging in de kunst in de jaren 1920 en ’30 communistische sympathieën eiste van haar leden. André Breton, zelfbenoemd leider van de surrealisten, zag streng toe op naleving van die eis. Soupault was geen communist en bovendien publiceerde hij halverwege de jaren 1920 ook enkele min of meer realistische romans. In 1926 werd hij daarom uit de surrealistische groep gezet.

Als in 1918 al sprake was van een oerversie van De reis van Horace Pirouelle, dan moeten daarin dadaïstische elementen zichtbaar zijn. Dat is ook zo. Aan elk van de vijf delen van het verhaal gaat in steeds dringender bewoordingen het verzoek vooraf van ‘een enkele act gratuit’. Act gratuit laat zich vertalen als daad of handeling zonder enige grond (motief, zin, nut). Dadaïsme verleent aan dergelijke handelingen een bijzondere status. Om het paradoxaal uit te drukken: zinloze handelingen dienen enerzijds om aan te tonen dat aan de werkelijkheid een hogere zin ontbreekt en anderzijds om te bewijzen hoe armoedig, ja zelfs onmenselijk een sociale werkelijkheid is die louter door nutsstreven wordt vormgegeven. Dadaïsme wordt vaak nihilistisch genoemd, maar dan toch vooral door zijn critici die het niet kunnen verdragen dat de dadaïst in de lach schiet als haar of hem gevraagd wordt wat dan toch het nut is van dadaïstische kunst, als dat niet het dienen van een of ander esthetisch doel is. De dadaïst zal die vraag beantwoorden met een wedervraag: wat is het nut van nut? In het Duits klinkt dat beter trouwens: Was nützt Nutz? Kortom, er is niets mis – hoeft niets mis te zijn – met handelingen zonder enig nut, terwijl ze misschien toppen en dalen ontsluiten die voor nutsdenkers, platkiekers immers, altijd onzichtbaar zullen blijven.

De Horace van Soupaults novelle is zwart (anno 1925 schreef Soupault ‘nègre’ en de vertaler heeft dat met ‘neger’ vertaald). Daar is niets bijzonders aan. Maar hij volgt colleges Romeins en burgerlijk recht aan de universiteit van Parijs, hij is rijk en hij scheurt in een twoseater door Parijs en de ommelanden van de stad, vergezeld door mooie blondines onderweg naar exquise restaurants of hotels. Bijzonder genoeg? Zijn grootste wens maakt hem echt bijzonder: hij wil Groenland doorkruisen. Niet omdat hij een wereld of een geliefde wil verlaten, of omdat hij romantische verlangens heeft naar een oneindig woest en verlaten gebied. En zelfs niet omdat hij nieuwsgierig is, want dat is hij niet. ‘Hij ging naar Groenland als iemand die een symfonie verkiest boven een kwartet’, schrijft Soupault in zijn woord vooraf.

Horace vervult zijn wens, hij gaat naar Groenland en Soupault laat hem in de ik-vorm in een krachtig proza van nuchtere bewoordingen het verhaal van zijn reis vertellen. In die vertelling zitten surrealistische passages (en een schokkende act gratuit), maar je zou ook kunnen zeggen dat kou en ontberingen de grens doen vervagen tussen wat werkelijk en wat surreëel is.

De vertaling lijkt me uitstekend en het nawoord van de vertaler, John Fenoghen, is informatief. Sommigen zullen schrikken van een prijs van € 23,95 voor een boekje van 76 bladzijden, maar je krijgt er wel iets bijzonders mee in handen, prachtig vormgegeven bovendien in de huisstijl van Uitgeverij Vleugels.

Hans van der Heijde

Philippe Soupault – De reis van Horace Pirouelle. Vertaling en nawoord door John Fenoghen. Vleugels, Bleiswijk. 76 blz. € 23,95.

Te koop bij de betere boekhandel of direct bij de uitgever.