Het nieuwste nummer van Tirade gaat over censuur. Een van de bijdragen is van Ted van Lieshout die heeft gemerkt dat zijn boeken vroeger niet welkom waren in bepaalde kringen. Dat is nog steeds zo, maar Van Lieshout voelt ook druk vanuit een andere hoek op de schrijver van kinderboeken.

Van hem (lees ook: haar) wordt nu verwacht dat hij diverser en inclusiever schrijft. Dus meer over kinderen van kleur en met een biculturele achtergrond en ook meer over seksuele geaardheid en gender. Dat klinkt goed; er zit echter een ‘maar’ aan. Want die boeken moeten wel voldoen aan de normen en waarden die door de ouders en verzorgers van die kinderen worden voorgeschreven.

Het stuk van Van Lieshout is een pleidooi voor autonoom kunstenaarschap, in tegenstelling van kunst die in dienst staat van ‘politieke idealen, educatie of commercie’. Van Lieshout wil geen dienstverlenende kunst maken en tegelijkertijd ziet hij dat die druk op kinderboekenschrijvers wel effect hebben:

De waarheid is dat ik inmiddels al twee boeken in zijn geheel heb afgeblazen en twee andere heb onderworpen aan zelfcensuur, omdat ik niet voor het hoofd wil stoten, niet beticht wil worden van culturele toe-eigening en van stereotypering door mensen wier overtuigingen ik leer te respecteren.

In de NRC reageert Frits Abrahams in een column op het stuk:

Kan hij zijn grote reputatie niet beter benutten door een wat strijdbaarder houding aan te nemen? Hij zou er bovendien ook zijn jongere collega’s een grote dienst mee bewijzen. Schuwt hij liever het publieke debat, dan zou hij op z’n minst de boeken kunnen blijven schrijven die hem voor de geest staan.

Op de Facebookpagina van Van Lieshout (alleen voor vrienden) is al een hele discussie losgebarsten over dit belangrijke onderwerp. De bijdrage van Van Lieshout aan Tirade is geheel te lezen op zijn eigen blog.