De berichtgeving van Tzum over Eus’ Boekenclub door een oude, witte man was racistisch schreef Özcan Akyol op Facebook. Om alle negativiteit uit te bannen, daarom maar een verslag van de laatste aflevering van het seizoen met louter lof.

Er waren weer veel ‘leuke mensen’ (onder meer medewerkers van Tzum) aanwezig in het prachtige Burgerweeshuis in het zo pittoreske Sallandse stadje Deventer. Akyol haalde uit ‘Eus’ Mini Bieb’ de fantastische roman Kees de jongen van Theo Thijssen en prees de levensvreugde van het werk aan. Binnen zat ‘een groot fenomeen in de Nederlandse literatuur’ Bart Chabot aan de gezellige bar. Chabot was vaker in de mooie stad aan de IJssel geweest, onder meer met Jules Deelder op tournee en tijdens het festival Het Tuinfeest. Chabot verklapte alvast dat er nog een vierde deel komt na zijn autobiografische trilogie.
Samen met de goedgemutste Chabot wandelde Eus naar buiten om daar de gepassioneerde verzamelaars Baukje Scheppink en Haye Bijlstra te ontmoeten die boeken verzamelden over het maken van boeken. Eus kon de verzamelaars vertellen dat het eerste gedrukte boek van Nederland in Deventer gemaakt werd in 1477. Onder een geluidsdeken van de onvolprezen Lakshmi keerden de twee weer terug in het Burgerweeshuis waar de beste premier die Nederland nooit gehad heeft, Job Cohen, klaar zat om met zijn welluidende stem (applaus) voor te lezen uit Wij slaven van Suriname van Anton de Kom. Het boek van De Kom was pas laat op zijn pad gekomen, maar Cohen liet merken dat hij een ontwikkeling had doorgemaakt in zijn denken over de slavernij en plaatste Wij slaven van Suriname op één rij met Multatuli’s Max Havelaar.
Derek Otte, die Eus tot zijn fans mocht rekenen, droeg een gedicht voor over de sterren aan de hemel. ‘Ja, prachtig,’ zei Eus na afloop.
In de originele rubriek ‘de onbekende schrijver’ mocht de getalenteerde Reem Talib haar manuscript aanprijzen. Een akelige werkervaring leidde ertoe dat ze een cursus creatief schrijven ging volgen en daaruit volgde een boek dat ook nog gepubliceerd gaat worden (bij de geweldige uitgeverij Godijn Publishing). Applaus.
Angelique Houtveen en Stef Bos mochten in de 11 minuten die restten in gesprek gaan met Bart Chabot over diens laatste weergaloze boek Engelenhaar. Eus vatte het boek op onnavolgbare wijze samen als ‘iemand is dood en gaat dan toch reflecteren op het leven’ en wist die samenvatting nog in te korten tot ‘dode man kijkt terug’. Stef Bos was ’tot tranen toe beroerd’. Chabot was gelukkig even authentiek als altijd.
Na afloop van de 11 minuten liepen Chabot en Eus weer naar buiten om het programma te evalueren. Chabot: ‘Los van mij vond ik het een spetterende finale.’ Hij had het zelf ontzettend getroffen met ‘Stef Blok en Angelique Houtveen’. ‘Stef Bos.’ ‘Stef Bos.’ Eus bedankte de kijkers en nam afscheid met de ontroerende woorden: ‘Hopelijk tot snel.’

Het programma haalde 143.000 kijkers. Je kunt het hier terugzien.