Een oude liefde

Het eerste wat opvalt aan De randen is dat de paginanummers ontbreken. Dat lijkt een statement te zijn, al weet ik niet goed wat theatermaker Angelo Tijssens daar precies mee wil zeggen. Misschien een klein protest tegen de chronologie of tegen het verstrijken van de tijd. In het hoofd van de hoofdpersoon vloeien heden en verleden in ieder geval in elkaar over. De korte hoofdstukken, blanco pagina’s en de vele witregels (na elke dialoogzin volgt ook een witregel) zorgen voor erg veel vaart bij het lezen.

Er moet iets afgerond worden door de hoofdpersoon, want hij gaat terug naar zijn eerste grote liefde. Die woont nu als een soort beheerder op een vakantiepark, dat op de nominatie staat afgebroken te worden, ‘als een conciërge van lege huisjes’. Het verhaalheden speelt jaren nadat de twee elkaar op school leerden kennen. Het huis van zijn vriend was een vluchthaven, want thuis had hij te maken met zijn agressieve, alcoholistische moeder die haar zoon vanuit het niets kon slaan. De moeder is nu overleden, haar huis leeggehaald. Dat verleden kan afgehecht worden en een moeite door die jeugdliefde.

De stijl van Tijssens is in het begin nogal moeizaam. Dat komt vooral omdat hij binnen de zin opneemt wanneer iemand letterlijk iets zegt of vraagt. Op één bladzijde komen we dan bijvoorbeeld tegen: ‘Hij vraagt me’, ‘en ik vraag hem’, ‘Ik vertel hem’, ‘Ik zie’, ‘ik denk’, ‘Ik vraag hem’, ‘hij vertelt’, ‘Hij zegt’, ‘Ik lach en ik drink en ik zwijg.’ De gesprekken zijn ook nogal non-descript en dat is misschien voorstelbaar als je iemand na lange tijd terug ziet en nog niet veel wilt vertellen of te zeggen hebt, maar ze verhogen het leesplezier niet echt.

Wat wil je, vraagt hij. Wil je wijn? Ja, graag. Wit? Rood? Ik heb alleen maar rood, denk ik. Of bier, wil je bier? Bier is ook goed, ik drink wat jij drinkt. Ik dronk net de laatste witte wijn op, wil je rood of bier? Doe maar rood, zeg ik. Oké, zegt hij en hij verdwijnt en zet mijn bril weer op.

De hoofdpersoon is ooit van zijn oude plek vertrokken, weg van het geweld thuis, naar de stad waar hij vrijheid vond. En vele relaties. Zijn oude vriend is gebleven en leeft sindsdien geïsoleerd. Hij zal opnieuw achtergelaten worden, maar zijn drijfveren blijven duister. Hij lijkt de gekwetste in de liefde te zijn en daardoor is hij de interessantere figuur in het geheel. Dat wil niet zeggen dat de hoofdpersoon, met al zijn vluchtige sekscontacten, niet net zo teruggeworpen is op zichzelf. Met een goede redacteur had dit mooie gegeven een goed boek kunnen opleveren.

Coen Peppelenbos

Angelo Tijssens – De randen. Borgerhoff & Lamberigts, Gent. Tussen de 100 en 200 bladzijden. € 22,99.