#droomreis #oftochniet

Het concept van een ‘tussenjaar’ is voor veel middelbare scholieren inmiddels vaste prik op hun weg naar volwassenheid: na het behalen van het eindexamen en een langdurige zomer vol festiviteiten wordt er eerst een halfjaar gewerkt, om daarna enkele maanden op reis te gaan, alvorens bij terugkeer keurig een vervolgstudie te gaan volgen. Vooral Zuidoost-Azië lijkt erg in trek te zijn bij Nederlandse jongeren, bijvoorbeeld de Indonesische eilanden. Er zijn aldaar zelfs een soort lokale enclaves ontstaan waar je samen met wat andere westerse jongvolwassenen kunt verblijven (en natuurlijk uitgebreid feesten), plus een bijdrage leveren aan allerhande vrijwilligersprojecten.

Ook hoofdpersonage Yara uit Het is hier helemaal (niet) perfect, een youngadultroman van de populaire veelschrijver Carlie van Tongeren, reist naar Bali om er mee te helpen met een watervoorzieningsproject voor de lokale bevolking. Yara verheugt zich erg op deze zonnige setting, aangezien ze een populair Instagramaccount heeft (bijna 10.000 volgers!) en haar vele bewonderaars zodoende mee wil nemen op deze ontdekkingstocht. Uiteraard ervaart ze ook de nodige spanning bij het idee om voor het eerst alleen op reis te gaan en haar gezin (vooral haar tante Eva, met wie ze een hechte band heeft) achter te laten in Nederland.

Zoals uit de vreselijke titel al op te maken valt, verloopt het verblijf van Yara in Indonesië niet zonder slag of stoot. Het vrijwilligersproject komt maar niet van de grond, een gesponsorde fotoactie voor een rugzakmerk levert haar veel online haat op, en het blijkt best moeilijk te zijn om contact te leggen met onbekende mensen. De enige uitzondering daarop is Ro(meo), een Italiaanse flierefluiter die in vrijwel alles een tegenpool van Yara is: hij heeft geen doel of plannen voor zijn reis (of daarna) en gebruikt geen social media. U raadt het al: die twee zijn voor elkaar gemaakt.

Hoewel de opzet van het verhaal misschien aardig voorspelbaar klinkt, heeft Van Tongeren toch enkele elementen toegevoegd die het boek naar een hoger plan tillen. Zo wordt de rol van social media (met name Instagram) in het dagelijkse leven van jongeren op een speelse manier kritisch tegen het licht gehouden, waarbij Van Tongeren niet verzandt in moralistisch gedoe over de schaduwkanten ervan, maar ook de vele voordelen en mogelijkheden toont. De les die Yara uiteindelijk op dit vlak leert is om het medium voor zichzelf te gebruiken, en niet te veel bezig te zijn met het oordeel van anderen (Sartre 2.0). De Instagramberichten van Yara zijn overigens met een speciale lay-out opgenomen in het boek, waardoor de lezer al snel doorkrijgt dat deze vooral uit schone schijn en loze hashtags bestaan, en een schril contrast vormen met Yara’s werkelijke ervaringen tijdens haar reis. Het enige wat ontbreekt zijn de foto’s…

Een ander element dat bijdraagt aan de psychologische diepgang is de auto-immuunziekte vitiligo waar Yara mee kampt. Ik was hier zelf voorafgaand aan dit boek onbekend mee: het is een aandoening waarbij de pigmentcellen verdwijnen uit huid en haar. Er ontstaan melkwitte plekken van verschillende grootte en vorm, die in de loop van de tijd kunnen veranderen, en het is niet of nauwelijks te behandelen, hooguit enigszins te maskeren met allerlei crèmes. 1 tot 2% van de wereldbevolking heeft er volgens dit boek in meer of mindere mate last van. Van Tongeren laat mooi zien hoe de onzekere Yara er alles aan doet om haar vlekken voor anderen te verbergen, wat op reis in een tropisch land niet eenvoudig is. Uiteraard lukt het Yara ook op dit vlak om in de loop van het verhaal een ontwikkeling door te maken, en durft ze zichzelf letterlijk steeds wat verder bloot te geven aan mensen die ze ontmoet.

Verder weet Van Tongeren ook de paniekaanvallen waar Yara last van heeft, al dan niet als gevolg van haar mislukkingen op Instagram of angst voor de vitiligo, goed te beschrijven. Ze schrijft in het nawoord dat ze hiervoor hulp heeft gekregen van jongeren en een psycholoog die hun ervaringen met haar deelden. Soms verslikt ze zich in kromme metaforen, maar al met al wordt de paniek in het hoofd van Yara knap inzichtelijk gemaakt.

In een ultieme poging doe ik mijn mond verder open, maar er komt niets. Nog een keer dan. Nee, lukt niet. Wat moet ik nou doen? Wanneer houdt dit op?
Dan volgen de vervelende fysieke sensaties elkaar in rap tempo op: mijn vingertopjes beginnen te tintelen, mijn handen worden klammer, een misselijk gevoel welt op in mijn maag. Mijn hartslag gaat nu nog sneller – en daar verander ik niets aan door weer mijn trillende vingers in mijn hals te leggen.

Een laatste aspect dat mij verraste bij het lezen van dit lijvige verhaal van 368 bladzijden, is dat Yara halverwege besluit om zich in een kampong op Lombok te vestigen, en zodoende intensief contact krijgt met de lokale bevolking. De personages, dagelijkse beslommeringen en culturele gebruiken die met de lezer worden gedeeld voelen ook authentiek aan, wat te verklaren valt door het feit dat Van Tongeren ook een poosje in dergelijke omstandigheden heeft gewoond. In dit deel valt echt wat te leren over het leven van Indonesische jongeren, en in hoeverre dit wel en niet verschilt van wat Yara gewend is. Het wordt helemaal mooi als Yara besluit om haar passie voor lezen (waar trouwens verder in het boek bar weinig van te merken valt) te delen met haar buurtgenoten en een kleine bibliotheek uit de grond weet te stampen, waarmee de lezer zelfs een blik op de lokale leescultuur en smaak wordt geboden.

Dit alles in ogenschouw nemend is Het is hier helemaal (niet) perfect een boek dat ik zeker zou aanraden aan jongvolwassen lezers, vooral als ze zelf plannen hebben om te gaan reizen na hun schooltijd. Het verhaal bevat heel wat spiegels over het leven van een onzekere en perfectionistische jongere als Yara, en biedt ook vensters op hoe dit anders kan en hoe een jongere van haar leeftijd op Lombok zijn of haar leven leidt. Een aantal zaken sprak mij zelf minder aan, zoals het slappe liefdesverhaal en de wat naïeve levenshouding van Yara, maar ik sluit niet uit dat veel jongere lezers hier minder moeite mee hebben. Opvallend is ook dat dit boek met geen woord rept over de koloniale geschiedenis van Nederlands-Indië, wat toch een groot thema in de Nederlandse literatuur is. Misschien is deze roman daarmee wel echt eigentijdse kost: de westerse jongeren op Bali maken zich druk om hun vervolgstudiekeuze, het aantal Instagramvolgers en een goedlachse casanova, en niet langer over de trauma’s van hun overgrootouders.

Willem Goedhart

Carlie van Tongeren – Het is hier helemaal (niet) perfect. Blossom Books, Zeist. 368 blz. € 16,99.

Leerlingen in het voorgezet onderwijs lezen graag eigentijdse populaire jeugdboeken: van Mel Wallis de Vries tot Cis Meijer of Anna Woltz tot Maren Stoffels. Auteurs van wie het werk helaas nogal onder de radar blijft op een site als Tzum (of in de kwaliteitskranten). Daarom starten Erik-Jan Hummel en Willem Goedhart, beiden docenten Nederlands, deze zomervakantie met een reeks recensies over populaire titels die hun leerlingen ook lezen. De belangrijkste vragen: is dit een boek dat we zouden aanraden? Fungeren deze boeken als spiegel voor tieners, en/of openen ze vensters naar de hedendaagse wereld?

(Voor de banner boven deze foto is gebruik gemaakt van deze foto van Burst CC0, via Pexels)