Recensie: Arjaan van Nimwegen – Van Tol kijkt om
De onderstaande recensie werd voor het eerst gepubliceerd in 2003.
Precies proza
‘Zijn tweede douche vandaag en hij bleef stinken.’ Zo begint de kleine maar beklijvende roman Van Tol kijkt om van Arjaan van Nimwegen. Een oude man probeert in het reine te komen met zijn verleden, maar zelfs wassen helpt niet. We belanden van begin tot eind in de benarde denkwereld van deze ex-kledingverkoper en zien voor onze ogen langzaamhand het verleden ontrafeld. Een verleden dat is bepaald door een louche ex-compagnon die er met zijn vrouw vandoor ging, door zijn dochter die verdwenen is en wier zoon, de mongool Jeroen, in de weekends bij Van Tol logeert. En Van Tol die zich teruggetrokken heeft in verbittering.
Zo teruggebracht tot de verhalenkern lijkt dit een enigszins larmoyant verhaal rondom familiegeheimen waar de gevoeligheid wel vanaf zal druipen. Maar Van Nimwegen is erin geslaagd die wrokkige meneer Van Tol meer dan voortreffelijk in al zijn mensenhaat en zwartgalligheid neer te zetten. Ook de verhouding met zijn kleinzoon Jeroen, die hardnekkig van Opa blijft houden, is mooi en gevoelig geschetst. Dit boek vermijdt alle valkuilen die bij zo’n onderwerp overal gapen: overdreven kleinburgerlijkheid, vergezochtheid en al te benauwende sentimentaliteit.
Het zit ‘m zoals gewoonlijk in de stijl. Van Nimwegen schrijft een zeer precies soort proza waarbinnen ruimte is voor voor rake observaties. Hij weet heel goed hoe hij een sfeer rondom een persoon kan gebruiken om die persoon nog eens extra uit te lichten. Hij neemt de tijd voor gedetailleerde beschrijvingen van huizen, plaatsen en straten waardoor dit hele werk doortrokken is van een prachtige ingehouden toon van verval, verdriet en wanhoop. Van Nimwegen bereikt dit door enigszins ‘ouderwets’ te formuleren wat de leeftijd van Van Tol benadrukt, maar waardoor er soms ook een mooie humor uit zijn zinnen opklinkt.
De mensenhater Van Tol heeft bepaald geen hoge pet op van mannen en vrouwen. Dat levert zinnen als:
Hij stortte zich als een ijsbreker in de menigte Alle mannen waren onaanzienlijk, ze vielen weg in de overvloed aan vrouwen. Een stad vol vrouwen. Ze beheersten het leven door hun alomtegenwoordigheid, door de variëteit van hun verschijningsvormen, door hun neiging om zich van elkaar te onderscheiden en niet, zoals de mannen, in het decor op te lossen.
Zoiets vind ik mooi maar tegelijk moet ik erom schateren. Deze stijl deed me aan die van Bordewijk denken, bepaald geen gering voorbeeld en
Van Nimwegen benadert deze grote voorganger in sfeer en precisie.
De laatste twintig bladzijden wordt er naar mijn gevoel wat te veel verklaard en toegelicht, van mij hoefde dat niet zo. Van Nimwegen had tussen de regels door al genoeg informatie over de familiegeheimen van Van Tol door laten schemeren. Maar blijkbaar wilde hij toch niks aan de lezer overlaten. En ik vind de titel niet zo gelukkig, die is wel erg down to earth. Maar waarom zou ik over dit soort dingen zeuren, die Van Nimweegen heeft met dit debuut een prima boek geschreven dat nog lang in mijn kop bleef rondspoken.
Kees ’t Hart
Arjaan van Nimwegen – Van Tol kijkt om. Wereldbibliotheek, Amsterdam. 126 blz.
Deze recensie verscheen voor het eerst in de Leeuwarder Courant op 31 januari 2003.