Een literaire reconstructie van een revolutionaire periode

In de boeken van Olivier Rolin is het niet ongewoon dat een periode uit het verleden wordt gereconstrueerd. Daarbij wordt gespeeld met de grenzen van werkelijkheid en verzinsel. Zo ging Rolin in De weerman op zoek naar een Rus die was verdwenen in een goelagkamp en schreef hij met De uitvinding van de wereld een boek over één dag aan de hand van krantenknipsels uit de hele wereld. In Tot de dood erop volgt vertrekt Rolin van een bladzijde uit het werk van Victor Hugo om twee vergeten helden weer tot leven te wekken.

In het vijfde deel van Les Misérables vermeldt Victor Hugo twee belangrijke barricades en hun leiders tijdens het revolutiejaar 1848 – gebeurtenissen waarvan Hugo ook zelf getuige was. Vervolgens schrijft hij dat de twee leiders elkaar in ballingschap in Londen tegenkwamen en met elkaar duelleerden. Later werd de overwinnaar van het duel berecht en opgehangen. Het is een erg korte passage die Rolin niettemin aangrijpt om er via nauwgezet onderzoek een heel boek over te schrijven. Want de personages hebben wel degelijk ook echt bestaan. Het duel haalde destijds zowel in Frankrijk als Engeland de krantenkoppen.

De confrontatie van de portretten van twee erg verschillende revolutionairen, Emmanuel Barthélemy en Fréderic Cournet, die een andere achtergrond, karakter en temperament hebben, fascineert Rolin mateloos. In een passage uit Tot de dood erop volgt geeft hij aan wat zijn beweegredenen zijn om het boek te schrijven. Ten eerste is er het romaneske karakter van de elkaar kruisende wegen van beide personages. Maar er is ook de bedwelming van het eerste beeld dat je van hen hebt tijdens het lezen van de korte passage bij Hugo en vervolgens duizendmaal hebt uitvergroot onder een microscoop om uiteindelijk onverwachte zaken en elkaar tegensprekende personages te ontdekken. De diepste reden is echter de twee figuren die erg van elkaar verschillen: de arbeider Barthélemy en de ex-officier Cournet: de eerste het prototype dat door sociale kwesties gedwongen wordt de bestaande orde omver te gooien en de tweede het prototype dat door de strijd wordt aangetrokken voor de strijd zelf.

Misschien komt het onderwerp van de roman niet meteen aantrekkelijk over. Twee Franse revolutionairen gaan in Engeland met elkaar in duel – het allerlaatste duel op Engelse bodem. Toch schrijft Rolin een fascinerende, boeiende en zelfs meeslepende roman. Barthélemy werd tien jaar voor de gebeurtenissen waarover Rolin schrijft al tot levenslange dwangarbeid veroordeeld wegens het schieten op een politieagent. Als de Tweede Republiek wordt uitgeroepen komt hij vrij. Hij vecht tijdens de junidagen van 1848, toen het arme volk uit het oosten van Parijs in opstand kwam tegen de republiek van de bezittende klasse. Opnieuw wordt hij tot levenslange dwangarbeid veroordeeld. Hij ontsnapt echter uit de gevangenis – een spannend relaas dat we kennen uit het verslag van een medegevangene die terzelfdertijd ontsnapte. Het leven van Barthélemy lijkt op een avonturenroman. Cournet is een compleet ander personage. Hij was ook de leider van een barricade tijdens de junidagen in Parijs maar zijn achtergrond is anders. Hij is een voormalige marine-officier, kent een aantal successen en wordt gedecoreerd met het Legioen van Eer. Zijn carrière raakt echter in het slop. Wellicht speelde zijn republikeinse opvattingen mee, maar hij deed ook goed zijn best om tegen het gezag van zijn oversten in te gaan. Hij wordt gearresteerd wegens insubordinatie, op non-actief gezet maar terug aangenomen. Als bevelvoerder gaat hij echter naar prostituees en bouwt schulden op wegens een gokverslaving. Hij heeft een buitenechtelijke zoon. Het is ondertussen duidelijk dat het voor zowel Barthélemy als Counet geen optie meer is om in Frankrijk te blijven. Ze gaan in ballingschap naar Londen waar ze een nieuw leven beginnen. Hoewel ze elkaar niet echt kennen haten ze elkaar. Barthélemy is aanhanger van Blanqui, Cournet van Ledru-Rollin. Barthélemy verafschuwt Cournet ook als bourgeois. Van de rechtstreekse oorzaak tot het duel bestaan meerdere versies.

Om zijn verhaal te vertellen is Rolin goed gedocumenteerd. Hij gebruikt niet enkel boeken van Victor Hugo, Alexander Herzen en de Tocqueville maar duikt ook onder in archieven. Toch is niet alles helder of eenduidig. Rolin schrijft dat hij het dikwijls niet weet, fantaseert en interpreteert. Zijn zoektocht deelt hij met de lezer, ook zijn twijfels en onzekerheden. Over Barthélemy is veel bekend, hij heeft zelfs een eigen Wikipedia-pagina. Maar bij aanvang is Rolin er niet van overtuigd of Cournet echt heeft bestaan, misschien heeft Hugo hem verzonnen. Tot Rolin een voetnoot leest die zijn bestaan bevestigt. Ondertussen vertelt Rolin ook boeiend en met kennis van zaken over het Parijs en Londen tijdens de negentiende eeuw en over de manier waarop die steden geëvolueerd zijn tot wat ze vandaag zijn.

Tot de dood erop volgt is opnieuw een fascinerende roman van een van de origineelste hedendaagse Franse schrijvers. De roman combineert autobiografische elementen, geschiedenis, politiek en een reisverslag. Soms schrijft Rolin essayistisch, soms meer beeldend en literair. Tot de dood erop volgt is niet enkel boeiend maar ook onderhoudend en bij momenten zelfs spannend. Enige kennis van politiek en geschiedenis kan de lezer helpen, maar een internetverbinding eveneens. En niet vergeten dat dit alles het gevolg is van het lezen van een pagina bij Victor Hugo. Een diepe buiging voor de schrijver van deze virtuoze roman.

Kris Velter

Olivier Rolin – Tot de dood erop volgt. Bij een bladzijde uit Les Misérables. Vertaald uit het Frans door Katelijne De Vuyst. Vleugels, Bleiswijk. 184 blz. € 26,90.

Te koop in de betere boekhandel of direct bij de uitgever.