Insanely readable: Iris Murdoch at 100

Op 15 juli 1919 – precies honderd jaar geleden – werd in Dublin één van de giganten uit de Engelse literatuur geboren: Iris Murdoch. Na vier maanden verhuisde ze met haar ouders naar Engeland, waar ze haar hele verdere leven heeft gewoond. Toch zou Murdoch altijd met trots refereren aan haar Ierse afkomst. Ze was een intelligent en levendig kind, dat dankzij beurzen kon studeren. Eerst bezocht ze Badminton School, een meisjeskostschool in Bristol, daarna Somerville College in Oxford. Na haar afstuderen werkte ze enkele jaren als ambtenaar en – na het einde van de oorlog – voor de Verenigde Naties in België en Oostenrijk. In 1948 keerde ze terug naar Oxford, waar ze filosofie ging doceren aan St. Anne’s College. Murdoch was in haar jonge jaren lid van de Communistische partij en zou altijd maatschappelijk geëngageerd blijven. In de periode dat ze op het vasteland van Europa werkte, kwam ze onder invloed van het existentialisme. Ze bewonderde met name Raymond Queneau en publiceerde een boek over Sartre. Tijdens haar jonge jaren had ze enkele affaires, onder andere met de jonggestorven dichter Franz Steiner en met de schrijver Elias Canetti. Haar eerste grote liefde was de oorlogsheld Frank Thompson, die in 1944 in Bulgarije zou omkomen. In 1954 publiceerde ze haar eerste roman, Under the Net, die bijzonder goed ontvangen werd. Er zouden nog 25 romans volgen, waarmee ze als auteur een wereldfaam opbouwde. Naast romans publiceerde ze ook boeken op haar vakgebied en schreef zij toneel en poëzie. Murdoch trouwde in 1956 met John Bayley, een collega uit Oxford.

Vermoedelijk was het in 1972 dat ik haar roman A Fairly Honourable Defeat (1970) in de bibliotheek van Dokkum tegenkwam. Ik weet niet meer wat mij er toe bracht het boek te lenen (mogelijk de opvallende cover, die een modern verhaal beloofde), maar daarmee begon in ieder geval mijn fascinatie voor haar werk. Het boek gaat over een groep mensen, die door een vriend tegen elkaar uitgespeeld worden zodat op het einde van de roman alle verhoudingen verstoord zijn. Slechts één koppel blijft bij elkaar en dat is het enige homostel uit het verhaal. Ik las A Fairly Honourable Defeat aan het einde van mijn middelbare schooltijd en de manier waarop Murdoch de constantheid van de relatie tussen Simon en Axel beschrijft, bemoedigde me zeer. Vervolgens zou ik al haar oudere romans gaan lezen en schafte ik elke nieuwe titel aan, die van haar verscheen. Ze was inmiddels zo bekend, dat de eerste edities van haar romans ook meteen in Groningen te koop waren. Verder las ik recensies en volgde haar carrière op afstand. In 1986 kwam Murdoch zelf naar Groningen om de Van der Leeuwlezing te geven. Ik kreeg de kans om met haar kennis te maken, maar daarvoor was ik veel te verlegen. Ik wist dat ik geen woord zou kunnen uitbrengen. Haar lezing, over het ontologische godsbewijs dat geformuleerd was door Anselmus van Canterbury, probeerde ik wel te volgen, maar ging me geheel boven de pet. De lezing was vast heer goed, maar in vergelijking met haar romans toch een teleurstelling. Murdoch had een diepe stem en was veel kleiner dan ik altijd had gedacht.

De romans van Murdoch zijn bijzonder in de manier waarop zij diepgravende analyses van het menselijk bestaan combineren met een meeslepend verhaal, waarbij zij soms ook het melodrama niet schuwt. De obsessies van haar romanfiguren werkt zij zeer gedetailleerd uit, waarbij Murdoch duidelijk maakt dat erotiek en seksualiteit allesbepalend zijn. Daarbij hanteert zij geen moreel oordeel, alle mogelijke vormen van relaties komen als vanzelfsprekend voorbij, tot en met sadomasochisme en incest. Daarmee schopte zij zeker in de jaren vijftig en zestig tegen meerdere heilige huisjes tegelijk aan. In haar uitvoerige beschrijvingen lijkt zij op een traditionele romanschrijver, maar juist in haar tolerantie en openheid tegenover de menselijke psyché is zij heel modern. In haar romans komen niet alleen emoties aan de orde, Murdoch kan ook heel overtuigend een sfeer of een stemming oproepen en de externe wereld tot leven brengen. Opvallend is hoe praktisch Murdoch vaak is in de uitwerking van een plot. Neem de manier waarop de oude kloosterklok in The Bell uit een meer wordt opgetakeld: het wordt zo goed beschreven dat je vermoedt dat zij het eerst zelf heeft getest. Murdochs romans worden bevolkt door mensen uit de middenklassen en hogere klassen, vaak intellectuelen die blind zijn voor hun eigen tekortkomingen. Opvallend is dat er vaak een ‘tovenaar’ in haar boeken voorkomt, een goeroe-achtig persoon die mensen in zijn greep krijgt en hen manipuleert. In elk boek komt ook wel een dier voor met menselijke trekken en talentvolle kinderen die vaak iets demonisch hebben. De boeken zijn een mengeling van komedie en tragedie. Murdoch kan heel goed komische situaties beschrijven, maar de ondertoon van al haar romans is serieus en zeker niet relativerend.

Philip Henscher noemde haar werk ‘insanely readable’ maar dat wordt niet altijd positief uitgelegd. Want, gaat het nog wel om literatuur als je zo gegrepen wordt door een verhaal en de romanfiguren? Kun je een boek serieus nemen als je zo van het verhaal geniet? Zo heb ik mijn liefde voor Murdoch ook vaak maar wat gerelativeerd, als een hebbelijkheid die je beter verborgen kon houden, want haar werk voldeed lang niet aan alle strenge normen die voor serieuze literatuur werden opgesteld. Murdoch heeft overigens altijd critici gehad, die haar werk veel te uitgebreid vonden en zich ergerden aan haar tomeloosheid. Murdoch kon zich nu eenmaal slecht inhouden, haar kortste boek – The Italian Girl (1964) – is ook meteen haar slechtste. Maar in de jaren tachtig wist ze niet van ophouden en werden haar boeken langer en langer en – ik moet het toegeven – helaas ook onsamenhangender. Zelf las ze nooit recensies van haar werk en zij liet zich ook niet redigeren.

Murdoch overleed in 1999. Enkele jaren daarvoor was de ziekte van Alzheimer zijn verwoestende werk begonnen en op het einde van haar leven wist ze niet meer dat ze boeken had geschreven. Haar ziekte kwam uitgebreid aan bod in de memoires van haar man John Bayley, die nog tijdens haar leven verschenen. Voor liefhebbers van haar werk is de geestelijke aftakeling die Bayley in groot detail weergeeft, verschrikkelijk om te lezen. In de film Iris die Richard Eyre in 2001 op basis van Bayleys boek maakte, speelt Judy Dench de rol van de dementerende Murdoch. Vooral door deze film werd de literaire reputatie van Murdoch voor lange tijd overschaduwd door haar ziekte. In zijn boek had Bayley verteld hoe hij op Murdoch verliefd was geworden en dat zij vervolgens met hem was getrouwd en dat zij samen een leven in de buurt van Oxford hadden opgebouwd. Haar eerdere relaties werden door hem wel genoemd maar haar liefdesleven stopte in zijn versie van haar leven bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. Groot was dan ook de consternatie toen Peter Conradi in 2002 zijn biografie van Murdoch publiceerde (geautoriseerd door Bayley) met daarin een groot aantal affaires en verliefdheden van ná het huwelijk. Ook werd voor het eerst (discreet nog) gerefereerd aan verhoudingen met vrouwen. Zowel haar uitbundige liefdesleven als haar biseksualiteit werd Murdoch door veel recensenten aangerekend. Ze had daarmee het beeld verstoord dat velen van hen hadden gekoesterd (en lichtelijk bespot) van de onpraktische Oxford don, die altijd zat te schrijven. Hun teleurstelling werd nog vele malen groter toen in 2015 Living on Paper. Letters of Iris Murdoch 1934-1995 verscheen. Haar passies voor mannen en vrouwen kwamen in de brieven uitvoerig aan bod. Murdoch werd nu door (rechtse) kranten echt aan de schandpaal genageld als een overspelige, op seks beluste vrouw. De samenstellers van de brievenbundel wezen deze recensenten wel fijntjes op het feit dat ze daarmee nogal hypocriet waren. In recensies van biografieën struikelden ze immers nooit over het vrijgevochten leven van bijvoorbeeld Kingsley Ames en Ted Hughes.

In 1994 was Murdoch uitgeroepen tot de beste levende Britse schrijver, maar na haar dood ging haar reputatie snel achteruit. Deels was dit het lot dat veel populaire schrijvers treft als ze hun publiek niet meer voeden met nieuw werk en lezers nieuwe schrijvers ontdekken. Murdoch had het extra moeilijk omdat ze niet geassocieerd werd met de steeds populairder wordende ‘vrouwelijke stem’ in de literatuur. En in steeds preutsere tijden kon ze ook niet meer voldoen aan haar eerdere status van keurig getrouwde intellectueel. Bovendien schreef ze over de betere klassen, een onderwerp dat steeds meer taboe werd verklaard. Haar ziekte bracht haar wel sympathie maar ook Alzheimer deed haar literaire reputatie geen goed: het werd bijna routine om haar volumineuze romans toe te schrijven aan een wanordelijke geest, waarbij het verband met Alzheimer al snel werd gelegd. In academische kringen, waar eerst het structuralisme en later het poststructuralisme overheersten, kwam haar werk, dat als te structuurloos werd gezien, vanzelfsprekend niet aan bod. Een handicap was wellicht ook, dat Murdoch niet één boven alles uitstekend meesterwerk heeft geschreven. Haar superieure kwaliteiten zijn bijna gelijkelijk over al haar boeken verspreid. Omdat The Sea, The Sea de Bookerprize won, wordt dit boek vaak gezien als haar beste roman, maar hierover verschillen de meningen zeer sterk. Mijn kandidaat is trouwens The Black Prince (1973).

Maar, ondertussen begint Murdoch toch weer nieuwe lezers te trekken. Een nieuwe generatie, die haar werk zonder de ballast van het verleden ontdekt. ‘Love, sadness, fear, lust, power…. Murdoch’s strange, radical novels seethe with emotions,’ schrijft Alex Clark. En Sophie Hannah zegt over haar werk: ‘Her characters speak the way we would all speak if we did not feel obliged to mask our true, unhinged pysches with the trappings of normality.’ Vintage heeft de meeste van haar boeken dit jaar opnieuw uitgegeven, met introducties van jonge schrijvers. Ook het leven van Murdoch biedt nieuwe inspiratie, in een tijd waarin gender een alles overheersende rol speelt. Dankzij alle nieuwe informatie, weten we nu dat zij biseksueel was en een succesvol huwelijk combineerde met passievolle relaties met mannen én vrouwen. Maar ze worstelde ook met haar seksualiteit. ‘I am probably not at all normal sexually,’ schreef ze aan een vriend. Ze dacht over zichzelf als een ‘a male homosexsual in female guise.’ Een interessante observatie, die de hele Murdoch-studie op zijn kop heeft gezet. Al met al voldoende redenen om Murdoch opnieuw te ontdekken.

De beste manier om een schrijver te eren, is toch nog steeds door zijn werk te lezen. In de afgelopen maanden herlas ik al Under the Net en The Bell. Beide romans zijn opvallend fris gebleven, sterk geschreven, vol met overtuigende karakter en verrassend veel ‘rijker’ dan ik me herinnerde. En de structuur is vlekkeloos. Mijn bewondering voor Murdoch kreeg daardoor weer een impuls. Ik ga nog herlezen: The Flight from the Enchanter, The Unicorn, The Nice and the Good, A Farly Honourable Defeat, An Accidental Man, The Black Prince en nog één of twee andere titels.

Doeke Sijens

Eind augustus verschijnt bij Uitgeverij kleine Uil De Klok, een nieuwe editie van de vertaling van The Bell door Hella S. Haasse.