Wachten tot de kraai opvliegt

De fabel is een van de krachtigste literaire ‘wapens’. Het is tevens een ideaal vehikel om sterke emoties in onder te brengen, ze te kanaliseren. De angsten worden gemystificeerd en zijn daardoor te bevatten, of in elk geval ietsje gemakkelijker te verdragen. Een voordeel voor de schrijvende mens? Ja en nee. De schrijver heeft niet de luxe om te kunnen vluchten voor angst en pijn. De lezer doet er in elk geval voordeel mee: een goede tekst geeft een stem aan iets wat binnenin sluimert, wat tot die tijd doofstom was.

porter verdriet verenVerdriet is het ding met veren is het indrukwekkende debuut van Max Porter, de hoofdredacteur bij Granta en Portobello Books in Londen en voormalig eigenaar van een onafhankelijke boekwinkel. Het is deels een fabel, deels een ontroerend, bijzonder raak poëtisch verslag van een jonge vader met twee kleine kinderen die achterblijven na een plotselinge dood van de vrouw en moeder.

De vader is een bewonderaar en een kenner van het werk van wijlen de Engelse dichter des vaderlands Ted Hughes, de echtgenoot van Sylvia Plath. Hughes schreef na de suïcide van zijn vrouw een gedichtencyclus met als titel ‘Crow’, waarin hij zijn verdriet personifieerde in de zwarte vogel. (Ooit wel beschreven als een prozawerk met vervlochten verzen. Dat geldt ook voor dit buitencategorie boekwerk.)

Deze kraai komt nu bij het gebroken gezinnetje ‘inwonen’. Hij wordt sparringpartner van de vader, oppas op de kinderen, verdediger van huis en haard, maar heeft, zoals elke pijn, ook iets vals. De dood, het verdriet is een oplichter. Iemand die steeds binnensluipt in het huis, in de hoofden van de protagonisten. Ze de ene keer onder de vleugels neemt, ze de andere keer overvleugelt.

Porter heeft – en hier komt ook de sterke band met het taalvirtuoze Uit de tijd vallen van de Israëlische schrijver David Grossman naar voren – voor het doen aanvoelen van het verdriet de regels van de taal overhoop gehaald en een heel eigen idioom ontwikkeld, vooral wanneer Kraai aan het woord is. Kraai kan tegelijk vogel en mythisch figuur zijn.

Het zorgt voor distantie én voor betrokkenheid. Het afstoten van het verdriet en het bij tijd en wijlen omarmen. Porter heeft voor de zeer gevoelvolle stukjes tekst uit naam van de jongens voor een heel open vorm gekozen. De lichte twist aan het einde van elke scène zorgt voor een zeer adequate ontroering, ontdaan van sentimentaliteit. Het pragmatische van opgroeiende kinderen dat je met volle kracht kan raken. Deze ‘gedichten’ zijn gebaseerd op Porters eigen ervaringen na de dood van zijn vader toen Porter een kind van zes was. Het verklaart de intensiteit.

We gedroegen ons op meer manieren slordig. We piesten op de wc-bril. We lieten de laden openstaan. We deden dat soort dingen om haar te missen, om naar haar te blijven verlangen.

Maar net zo goed formuleert de vaderfiguur het verlies kraakhelder. De vrouw is van een trap gedonderd, heeft haar hoofd gestoten en is doodgebloed. Dat plotselinge, dat definitieve geeft hij onthutsend goed weer. Ja, het is anders als iemand na een ziekbed overlijdt. Dan hangt er geen briefje aan de koelkast met: waag het eens om deze fles wijn vandaag aan je mond te zetten.

Zodra vader sentimenteel dreigt te worden, wanneer hij aangeeft dat zijn gemis fysiek is, ontzenuwt Porter direct door Kraai een vermanende veder op te laten steken. ‘Getver, zei Kraai, je klinkt als een koelkastmagneet.’

Verdriet is het ding met veren is een gloedvol, poëtisch verslag van obsessief gedrag, met een onderwerp, een studie – in dit geval naar het werk van Hughes – en met een alles verzwelgend verdriet. Het is mooi hoe de pijn langzaam plaatsmaakt voor waardevolle herinnering. De tijd heelt de wond, maar het litteken blijft. En dan kan Kraai opvliegen en zich bij iemand anders nestelen. Want hoop is net zo goed een ding met vleugels. (Emily Dickinson). De jongens worden mannen, dertigers. En zo geeft Porter ook een inzicht in zijn eigen beleving van zijn jeugdtrauma. Bijzonder! Een boek tot de essentie teruggebracht, dat vraagt om herlezing, om aandacht, maar dat evengoed aandacht teruggeeft.

Guus Bauer

Max Porter – Verdriet is het ding met veren. Vertaald door Saskia van der Lingen. De Bezige Bij, Amsterdam. 128 blz. € 14,90.