Renaissance van de milde toon

Een van mijn favoriete Nederlandse schrijvers is Rascha Peper. Ze heeft een onnadrukkelijke stijl, maar haar personages hebben altijd wel psychologische diepgang en de spanning in haar boeken maakt dat je altijd door wilt lezen. Kom daar nog maar eens om. Na haar dikke roman Wie scheep gaat publiceerde ze de novelle Verfhuid, bij haar nieuwe uitgever: Nieuw Amsterdam. Onlangs verschenen daar ook haar columns, die eerder verschenen in NRC Handelsblad, onder de titel Stadse affaires.

Verwacht bij Peper niet de cynische toon van de doorsnee columnist, verwacht geen harde politieke analyses; Peper kijkt met een nuchter-ironische blik naar de wereld om haar heen. Dat moet je vooral letterlijk nemen. Een zwerver in New York die vraagt of ze een affaire met hem wil beginnen. Haar zoon die een film wil opnemen in huis. Neukende eekhoorntjes in haar blikveld als ze zit te werken.

Ik zou niet precies kunnen zeggen waarom deze columns me amuseren en ontroeren. Misschien omdat ze de onderwerpen in haar columns ook niet groter maakt dan ze zijn. Eerder het tegendeel. Als ze (Peper woont een tijdlang in New York omdat haar man daar als diplomaat werkt) plotseling een lichte ‘stroke’ krijgt, beschrijft ze haar gang naar het ziekenhuis en haar revalidatie thuis met veel zelfspot. ‘In Nederland zeggen ze nu: ’t is ook geen wonder, het waren altijd al van die beroerde boeken die ze schreef.’

Interessant zijn ook de columns waarin ze ons een kijkje achter de schermen biedt van het schrijven. ‘Wat gebeurt er met de personages van een roman-in-wording als de schrijver uitvalt?’ Dat is inderdaad zo’n vraag die je je stelt als de schrijfster tijdens het maken van Wie scheep gaat getroffen wordt door een beroerte. Peper geeft ons het antwoord, opnieuw op de nuchtere manier. In een column die ze een paar jaar later geschreven heet wordt duidelijk dat de schrijfster ter voorbereiding van Verfhuid (dat gaat over een kunsthandelaar) veilingen afloopt en zelfs gaat meebieden.

Het zijn geen wereldschokkende columns, maar wat zou dat? Ik heb echter een bezwaar: het boek is zo uit. Ik had veel meer van deze columns willen lezen. Van mij mag er elk jaar zo’n bundel uitkomen. Misschien krijgen we dan ook een renaissance van de milde toon. Na het lezen van Stadse affaires kwam ik er achter dat ik daar enorm veel behoefte aan had.

Coen Peppelenbos

Rascha Peper – Stadse affaires. Nieuw Amsterdam, Amsterdam.

Verscheen eerder op Literair Nederland, 6 november 2006.