Hitte

Het voorplat straalt hitte uit: de Puy de Dôme in rood en geel. Heet is het in het nabijgelegen Vichy. Heet is het in Elmar, die leraar Frans wil worden. Hij gaat een korte talencursus volgen, zogenaamd om zijn Frans te perfectioneren, maar dan zou hij toch langer moeten gaan? Zijn zwangere vriendin noemt het ‘een gezonde vlucht’. Waarvoor? De ik-verteller geeft haar gelijk: ‘ik verlangde ernaar alleen te zijn, een korte onafgebroken periode met niemand anders rekening te hoeven houden dan met mezelf.’

Vreemd lijkt me dat tijdens een cursusweek. Hij vervolgt: ‘Toch maakte ik me zorgen over het vooruitzicht zonder Heleen te moeten slapen. Ik sliep altijd het beste in als ik mijn voet tegen de hare aan kon leggen.’ Is er meer aan de hand? Elmar wil nog éénmaal vrij zijn. Daarna zal hij een brave vader, echtgenoot en leraar Frans zijn.

Elmar lijkt seksueel tamelijk geobsedeerd. In ieder geval heeft hij het vaak over masturberen en over erecties. Als hij bij zijn logeeradres komt, vindt hij het bed te klein. Was het een tienerbed geweest? ‘Pubers, dat wist iedereen, masturbeerden excessief.’ De vrouw van zijn gastheer is een brunette van achter in de veertig, waar hij gelijk al fantasieën over heeft. Ook de Française die in het hotel in Amsterdam waar Elmar werkt, een kamer wil, prikkelt hem. Dat doet zijn collega Boris ook, maar dan op een andere manier. Boris is ‘een wandelende airmile’. ‘Het is een desinteressebevorderend mens.’ De auteur, die literatuurwetenschap studeerde en debuteerde als dichter, legt Elmar originele taal in zijn vertellersmond. ‘De instaptoets vond plaats in een hoofdgebouw met veel postmoderne doorkijk van glas, een bureau met voeten eronder hier, een verdieping met flip-over daar.’

Jan-Willem Anker is net als zijn schepping op de hoogte van het stratenplan van Vichy, omdat hij daar ook is geweest op een talencursus. De lezer mag vermoeden dat allerlei gebeurtenissen destijds ook hebben plaats gevonden: een oude man die in het begin door de hitte lijkt te bezwijken en door wie Elmar wordt geobsedeerd. Wat de functie hiervan in de vertelling is, werd mij niet duidelijk, of het moet een andere obsessie zijn: het bezig blijven met waargenomen gebeurtenissen of gedachten. Over moedertaal bijvoorbeeld: ‘Wat je hoorde kwam bijna altijd meteen op de juiste plek terecht, tenzij een of andere fatische obstructie roet in het eten gooide.’ Wonderlijke vergelijking trouwens.

Het verhaal is eenvoudig. Elmar wordt al gauw verleid door een jonge cursiste, een Italiaanse, die dan ook nog Julia heet. Zij trekt hem min of meer een hotel in. Eerst weigert hij, vanwege zijn zwangere vriendin, maar dan wint de nieuwsgierigheid, de geilheid. Hij beleeft een heftige, nooit eerder zo toverachtig, mythisch (‘de godheid schaterde’) ervaren liefdesnacht. Canicule, Hittegolf! De auteur heeft het liefdesspel knap beschreven, overtuigend, en hij heeft hun extase verbonden met de brand van het operagebouw. Hun opwinding moet lijken op die van Nero.

De volgende dag is er de schaamte over zijn ontrouw, geen spijt, maar toch moet hij zijn vriendin op de hoogte stellen, want hoe zou hij moeten leven met de leugen of het geheim? Iemand zegt: je had het niet moeten vertellen en ook Heleen, die woedend is, schrijft: ‘Je had het me niet moeten vertellen. Waarom heb je me opgezadeld met je streken! Het is zo min van je! Zo min!’

In een slothoofdstuk zijn we getuige van de geboorte van zijn zoon. Heleen heeft hem kennelijk weer aanvaard. De geboorte wordt even knap beschreven als de liefdesnacht met Julia. Elmar ziet zijn zoon op Heleens borst liggen. ‘Er overvalt me iets van wanhopige euforie of afgrondelijke ontroering die werkelijke afhankelijkheid van een ander losmaakt. Alsof er een doodstille natuurkracht ontketend is.’ Heel anders dan de liefdesextase met Julia, maar toch vergelijkbaar.

De laatste zin is: ‘Ik zal een ander zijn.’ Dat verwijst naar Peter Sloterdijk en Rilke. Natuurlijk wordt hij een ander, namelijk vader, maar zal zijn geilheid in de toekomst beheerst kunnen worden? Gaat Heleen het hem alsnog betaald zetten? Moet het kind in de toekomst heen en weer reizen tussen moeder en vader? Vreemde vragen na het lezen van een roman.

Ach ja, er is nog de klimaatverandering waarmee de auteur speelt: hitte, droogte, maar dat is maar mode, evenals het gebruik van de appjes heen en weer tussen Elmar en Heleen, en die van zus en vriend, die hem zijn ontrouw verwijten.

Remco Ekkers

Jan-Willem Anker – Vichy. Arbeiderspers, Amsterdam. 224 blz. € 19,99.