Basiscursus zelfredzaamheid

Het pensioen. Is het een zegen of een vloek? Menigeen kijkt er naar uit, anderen menen er de dood in hoogsteigen persoon in te herkennen. De naamloze psychiater in Agathe, de debuutroman van de Deense psychologe Anne Cathrine Bomann, telt het aantal nog te verrichten behandelsessies af tot het langverwachte moment daar is. Maar hoe verder hij komt, hoe meer hij zich zijn eigen tekorten realiseert en besprongen wordt door de demonen. Hij beseft dat hij net zo bang is als zijn patiënten.

De psychiater is er naar onze huidige maatstaven, zelfs als je de recente verhogingen van de pensioenleeftijd meetelt, niet vroeg bij. Hij is 71 en wil op zijn 72ste ophouden met werken, maar hij is ook een man alleen, die bovendien nog uit de generaties van de hulpeloze heren stamt. Zelf een ei bakken is al heel wat. Het verhaal speelt zich af in Parijs in de late jaren veertig, patiënten met psychische problemen liggen nog op divans. Zijn assistente, madame Surrugue, houdt hem op elk administratief en organisatorisch gebied uit de wind, neemt zijn mantel, stok en hoed aan en maakt ook de praktijk nog schoon.

Wat er voor de psychiater zelf aan werkzaamheden overblijft is luisteren en af en toe wat hummen, want als echt betrokken bij zijn patiënten komt hij niet over. Zulke mannen hebben het vooral moeilijk met zichzelf en om de tijd door te komen gedurende de sessies schetst hij daarom zijn patiënten, vooral vrouwen van een klagerige soort, als vogelkarikaturen.

Anne Cathrin Bomann is Deense en zelf pas 35 jaar, wat haar literaire belangstelling voor zo’n oubollig Frans heertje uit het midden van de oude eeuw opmerkelijk maakt. Overigens ook de internationale belangstelling voor deze kleine roman is frappant; in al zeventien landen verschijnen vertalingen. Is het misschien de breed gedeelde hang naar retro van onze jaren, die je ook tegenkomt bij kleding en meubelen? Is dit een roman als een rotan kuipstoeltje, vriendelijk en licht van gewicht?

Bomann geeft het hoofdpersonage vorm vanuit diens innerlijke monoloog van suggestieve, korte zinnetjes, waarbij zijn gevoelens, observaties en herinneringen, maar vooral zijn angsten voor de nabije toekomst in uiteenlopende vormen steeds terugkeren. Het vergroot al snel je betrokkenheid bij hem, ook al kun je je zo’n man in onze tijd niet meer voorstellen.

Ondanks zijn beroep, heeft de psychiater geen talent voor sociaal verkeer. Met zijn buurman meent hij wel een band te hebben omdat ze elkaars geluiden horen, tot hij er achter komt dat de man doof is en dat het dus altijd éénrichtingsverkeer is geweest. Als zijn hand die van madame Surrugue per ongeluk aanraakt tijdens het afgeven van zijn mantel, is hij meteen van slag en spoedt hij zich naar zijn ‘veilige behandelkamer’.

Agathe is in veel aspecten het verhaal van de ontoereikendheid. Mensen kunnen wel psychiaters bezoeken, maar wat denken ze er mee te bereiken? Zielenknijpers hebben immers ook zo hun beperkingen, kunnen ook weinig meer bieden dan een luisterend oor. In dit geval van een man, die zelf in nood is. Hij raadt patiënten aan meer van zichzelf te houden, terwijl hij daar zelf niet toe in staat is. En genegenheid voor anderen komt lang al helemaal niet bij hem op.

Het tijdelijk uitvallen van zijn assistente en de komst van de excentrieke, depressieve patiënte Agathe, die zich nog wist aan te melden, terwijl de zenuwarts zijn loopbaan al aan het afronden was, doen hem inzien dat hij zijn leven heeft vergooid. Toch is Agathes komst ook het begin van een wending. Hij voelt zelfs weer een beetje nieuwe energie.

Het was zes uur ’s avonds en ik had vier patiënten voor de lunch gezien en vier erna, maar ik was niet moe. Ik had zelfs zin om te dansen, om mijn oude botten mee te slepen en nog een kans te krijgen als een jonge, viriele man. Het klinkt vast vreselijk banaal, maar ik had zo’n zin om iemand te zijn die iets betekende.

Dat hij zonder madame Surrugue wel gedwongen is zich met de alledaagse praktijkwerkzaamheden bezig te houden, die hij eerder als vanzelfsprekend aan haar overliet, doet hem niet alleen twijfelen over zijn eigen geschiktheid als hulpverlener, maar ook nieuwe werelden ontdekken. Hij doorloopt opeens een basiscursus zelfredzaamheid zou je kunnen zeggen, die hem onder meer leert dat frisse lucht pas naar binnen kan, als je het raam opent. En ook dat het goed is om oude troep weg te smijten. Wat alle wijze raad van welke ervaren deskundige dan ook subtiel in een ander daglicht stelt.

André Keikes

Anne Cathrine Bomann – Agathe. Vertaald uit het Deens door Ingrid Hilwerda. Signatuur, Amsterdam. 112 blz. € 14,99.