Achterkant van het klatergoud

Joan Didion (Sacramento, 1934) is vooral bekend geworden om haar essays, reportages en politieke beschouwingen. Daarin betoonde ze zich een uitgesproken criticus van The American Dream en ervan overtuigd dat, zoals Remco Ekkers in zijn recensie van haar gebundelde essays De verhalen die we onszelf vertellen schreef, ‘Amerika niet ten onder gaat door een buitenlandse vijand, maar door innerlijk verval.’

In al het geweld van Didions essayistiek is Didion de romancier altijd wat onderbelicht gebleven. Nu is dat ook een bescheidener oeuvre, waarvan Democratie (1984) mij het best is bijgebleven, maar beslist de moeite waard. Ook in haar romans is Didion tamelijk genadeloos door in een droog observerende schrijfstijl de lege levens van meestal de geprivilegieerden en gefortuneerden te beschouwen. Als in een vervreemdende speelfilm.

Het spel meespelen (1970), ik meen voor het eerst in een Nederlandse vertaling, is zo’n roman. Als met een camera volgen we het verloren leven van Maria Wyeth, een Hollywood-actrice die niet meer aan de bak komt. Verdoofd en verdwaasd rijdt zij in haar eentje in haar Chevrolet Corvette over de Californische snelwegen:

In de eerste hete herfstmaand na de zomer waarin ze Carter verliet, de zomer waarin Carter haar verliet, de zomer waarin Carter ermee stopte in het huis in Beverly Hills te wonen, een slecht seizoen in de stad, reed Maria meer dan elfduizend kilometer met de Corvette.

Maar na die hete herfstmaand is door de woestijn rijden niet meer genoeg. Joan Didion ontrafelt in korte hoofdstukken hoe het leven van Maria van de rails is geraakt; van een aanvankelijk vrolijke actrice die door haar man en vaste producer in zijn films werd gezet, van een stralend middelpunt op jetset-feestjes, tot een jonge moeder met het kruis van een geestelijk gehandicapt kind en tot slot tot een leven als een zombie. En dan is er niets meer dan leegte, een leegte waarin er zomaar een moord kan worden gepleegd.

Het spel meespelen is een mooie kleine, filmische roman, die de achterkant van het klatergoud blootlegt. Hoewel Didion in haar fictiewerk een andere benadering kiest, sluit het niettemin naadloos aan op haar maatschappijkritische non-fictie. Mooi dat er aandacht is voor de romancier Didion, te meer omdat de deadpan schrijfstijl en haar weigerachtigheid te oordelen en toch zoveel te vertellen van Het spel meespelen misschien wel een lost classic maken.

Wiebren Rijkeboer

Joan Didion – Het spel meespelen. Vertaald door Corine Kisling. De Arbeiderspers, Amsterdam. 206 blz. € 20.