De bezielde printer

Praten tegen een printer is helemaal niet zo vreemd, zegt de naamloze klantenservicemedewerker van een vage start-up in Xerox, de debuutroman van Fien Veldman. ‘Mensen praten toch ook met hun huisdieren, met overledenen, met planten’. Toch is hier meer aan de hand. De jonge vrouw ziet de band met de printer (‘Ik hoor aan zijn ritme wat hij ergens van vindt, aan één geluidje heb ik genoeg’) als een soort relatie. En de printer ervaart dat niet anders.

Fien veldman, winnaar van zowel de Joost Zwagerman Essayprijs 2021 als de Elise Mathilde Essayprijs en de kortenverhalenwedstrijd van De Correspondent, volgt de overbewuste en mede daardoor erg aan zichzelf twijfelende protagonist tijdens haar doordeweekse bestaan. Op zoek in de stikhete stad naar het adres waar een, uiteraard via zo’n vaag emailbericht aangekondigd, pakket afgegeven moet zijn. Of filosoferend over de specifieke eigenschappen van printerpapier (‘ergens zit de langzame geest van de boom nog steeds in het A4tje’) en over hoe ze zich heeft losgemaakt van haar achtergrond in een achterstandsbuurt in een provinciestad, waar snode types duistere dingen doen.

Maar niets is zeker. Heeft ze zich wel echt losgemaakt van haar achtergrond, speelt ze niet slechts een rol in een slecht toneelstuk. Het thema van de getroebleerde jeugd in een afgelegen plaats die je maar niet kunt afschudden, herinnert aan Claudia Durastanti’s De vreemdelinge, maar de uitwerking is hier totaal anders. De benadering van Veldman is lichtvoetiger, zo had ook de printer een moeilijke jeugd op een afgelegen plek. Toch is het bedrieglijk Xerox alleen maar licht te noemen, want de allerminst assertieve klantenservicemedewerker van dat hippe bedrijfje zondert zich wel wat al te graag af. Ze rechtvaardigt dit zonderlinge gedrag door haar collega’s, steeds slechts aangeduid met hun functie, van afstand te bekritiseren.

Wat product en de baas niet weten, weet ik wel. Weet mijn partner ook. Dat ritmische arbeid hoogst spirituele arbeid is. Dat monotone taken stemmen tot contemplatie en reflectie. Dat de pre-industriële mens al de voorkeur gaf aan het herhalen van simpele handelingen, aan het rustgevende idee het werk over te kunnen laten aan het spiergeheugen en het lichaam, zodat de geest vrij kan reizen. Dat die reizende geest de ware, zowel menselijke als niet-menselijke, geest is. Dat het die geest is die zorgt voor ideeën en gedachten waar de mens zich daadwerkelijk op wil richten. Dat het tempo van de zich herhalende beweging niet zelden de kiem is van poëzie en muziek.

Absurdistisch en vindingrijk is Xerox – de niet zo prikkelende titel komt overigens nergens in het boek voor, je moet kennelijk maar weten dat een kantoorprinter vaak zo heet – op vele fronten, met name in de eerste twee hoofdstukken. De zinledigheid van onze jaren, de flauwekultaal en –gebruiken in kantooromgevingen, sociale fobieën, de om zich heen grijpende zelftwijfel over gezondheid en gedrag, ja Veldman weet wel raad met hedendaagse culturele fenomenen. En ze benadert ze steeds opnieuw scherpzinnig en verrassend. Staan om die reden namen ook steeds tussen haakjes… iets met privacyoverwegingen? Prachtig getroffen is bijvoorbeeld het fragment waarin de protagonist een giechelend Duits stel naar een copyshop verwijst, terwijl ze naar een coffeeshop willen en hoe ze daarna haar fout voor zichzelf probeert te rechtvaardigen.

Misschien wilden ze hun paspoort kopiëren? Moesten ze hun vliegticket uitprinten? Ik zei ‘Yes: ‘You don’t have that at the hotel of course!’

De vertellende ik wordt hiermee, overigens niet minder in de vele uitgeschreven gedachten die vaak lijnrecht staan tegenover wat ze uitspreekt, steeds meer ingevuld. Dat geldt ook voor de cursieve terugblikken op haar jeugd, waarin bedenkelijke dingen lijken te zijn gebeurd. Maar het absurdisme en de vele ronduit grappige kleine gebeurtenissen krijgen ook steeds een onheilspellend randje. Wat licht lijkt, is welbeschouwd een menselijk drama. Een relatie met een printer…. hoe moet het met je gesteld zijn als je je daar aan vastklampt?

De laatste twee hoofdstukken, waarin de printer zijn kant van het verhaal uit de doeken doet en we vervolgens terugkeren naar de dan ontslagen kantooremployee, hebben niet de inhoudelijke en taalkundige sprankeling van het begin van deze roman. Ontdoen hem zelfs enigszins van zijn absurdistische benadering. Maar dan is de vereenzaamde printervriendin al lang in je gemoed doorgedrongen als aandoenlijke vertegenwoordigster van het nooit gehoorde precariaat.

André Keikes

Fien Veldman – Xerox. Atlas Contact – Amsterdam. 206 blz. €22,99.