Alleen in Kopenhagen

Je had er waarschijnlijk bij moeten zijn is het derde deel uit de bestseller-trilogie van de Deense auteur Thomas Korsgaard (1995). In deel één Mocht er iemand langskomen is Tue nog een kleine jongen die lijdt onder zijn autoritaire vader en aan alcohol verslaafde moeder. In Op een dag lachen we erom, deel twee, krijgt het gezin plotseling een groot geldbedrag, maar dat verandert uiteindelijk niets aan de worsteling van Tue met zijn ouders, zijn omgeving en zijn seksualiteit. Hij wordt ouder en moet eigen keuzes maken waardoor hij ontdekt dat er meer is dan de boerderij waar hij opgroeide. Deze eerste twee delen deden mij vooral denken aan het boek Weg met Eddy Bellegueule van Édouard Louis, dat ook gaat over een jongen die los wil komen uit zijn beklemmende sociale milieu.

In Je had er waarschijnlijk bij moeten zijn treffen we Tue, inmiddels een jongvolwassene, aan in Kopenhagen, waar hij op straat kranten verkoopt. Het is de bedoeling dat hij abonnementen afsluit, maar dat blijkt nog niet zo makkelijk, zeker niet als je weinig motivatie hebt. En het helpt ook niet als je door je huurbaas op straat wordt gezet. Hij zwerft rond, slaapt af en toe op de bank van de redactie en kan uiteindelijk terecht bij een van zijn collega-verkopers, Victoria. De intentie was dat hij voor een paar dagen kon blijven bij Victoria en haar moeder, een succesvolle architect, maar hij schuift zijn vertrek voor zich uit. Zij durven hem niet op straat te zetten, hij doet halfzachte pogingen iets anders te vinden.

Er ontstaan hilarische en tegelijk tragische situaties, bijvoorbeeld als hij een weekend alleen in het appartement is en een vriend uitnodigt, die ook weer andere vrienden uitnodigt, wat ontaardt in een chaotisch feest. En voordat Victoria en haar moeder terug zijn, moet het weer onberispelijk in orde zijn. En dan zijn er nog de keren dat hij met hen naar een restaurant gaat en zich geen houding weet, of kleding krijgt van een oom van Victoria. Hij wordt geacht in een wereld mee te draaien die niet de zijne is, dat schuurt en botst en gaat natuurlijk mis. Uiteindelijk moet hij weg bij Victoria en gaat hij op zoek naar een nieuw onderkomen. Geld speelt daarbij een grote rol, zeker als hij dat steeds minder makkelijk bij elkaar kan schrapen.

Als lezer leef je mee met Tue. Je hebt medelijden en wil hem tegelijkertijd een schop onder z’n kont geven om toch eens wat doortastender te zijn. Maar je wil er vooral bij zijn om hem te helpen. Alles zit tegen wat tegen kan zitten. Omdat hij van Jutland komt, het grote schiereiland in Denemarken, wordt hij met zijn grappige boerse accent in Kopenhagen ook niet voor vol aan gezien.

Door de vele dialogen en korte zinnen zit je snel in het verhaal en blijf je doorlezen. Geen mooischrijverij, geen ellenlange omschrijvingen, maar met directe en rauwe zinnen wordt het leven op straat beschreven, wat zorgt voor een intensiteit die diep doordringt en daardoor bij de lezer empathie afdwingt. Omdat Tue steeds weer een uitweg lijkt te vinden, schemert tussen de zinnen een bepaalde hoop door dat het goed komt.

Het is lastig te zeggen welk deel het beste is, het eerste en laatste maakten op mij de meeste indruk. En misschien toch wel het laatste, omdat je dan doorhebt waar dat harde leven Tue uiteindelijk zal brengen. Maar het is een indrukwekkende trilogie, dus een keuze maken is niet nodig. Lees alle drie de delen en leef mee.

Arjen van Meijgaard

Thomas Korsgaard – Je had er waarschijnlijk bij moeten zijn. Vertaald door Lammie Post-Oostenbrink. Ambo Anthos, Amsterdam. 256 blz. € 23,99.