De onmacht van de boom

Kijken, praten, luisteren en denken, dat is wat de oude zomereik langs de A58 al bijna tweehonderd jaar doet. Hij is ouder dan de snelweg, maar de weg is belangrijker. De eik, die rond 1840 ontkiemde, moet plaatsmaken voor de verbreding van de snelweg. Hij denkt na over belangrijke vragen.

[W]aarom heeft beweging eigenlijk voorrang op stilstand? Waarom moest mijn bos plaatsmaken voor haast? Waarom?

De eik is de hoofdpersoon van De eik was hier van Bibi Dumon Tak, het kinderboek van de Maand van de Filosofie 2021. De boom is een verteller. Hij vertelt zijn levensverhaal in fragmenten aan een Vlaamse gaai, zijn lievelingsvogelsoort. Als de gaai even weg is om te eten praat de eik gewoon door. Net als zijn ruim twee keer zo oude soortgenoot uit Hans Christian Andersens sprookje De laatste droom van de oude eik wil de snelwegeik heel graag gehoord worden.

Luisteren doet de boom ook. Het wortelwijdeweb waarschuwt hem voor gevaar en geeft nieuwtjes door.

Het www, dat is mijn wortelwijdeweb, mijn ondergrondse krant. Alle wortels van over de hele wereld zijn via schimmeldraden zo’n beetje met elkaar verbonden en daardoor weet mijn wortelstelsel alles. Het www stuurt alle informatie die ik nodig heb naar me toe. Ze zijn dag en nacht bereikbaar. Ik noem dat www ook wel mijn wortelkoor. Omdat ze de informatie als het ware de grond uit zingen. Van beneden naar boven galmt het tot diep onder mijn bast. Zo weet ik zelfs wat er over de grens op de Kalmthoutse heide speelt, of ergens in de Duitse Eifel. Mijn wortelkoor weet alles.

Het wortelwijdeweb is de tweede vertelstem in het boek. De wortels vertellen de eik niet alles. Zij weten allang dat het kapbesluit definitief is. Net als het koor in een Griekse tragedie becommentarieert en lamenteert het wortelkoor. De wortels weten meer dan de eik, maar ze zijn net zo machteloos als de boom.

Hier zijn we. Jouw wortelkoor.
De wanhoop nabij.
O God!
We zien de zagen al, de bijlen, de
grijper, de trekker,
de wagen die je verslepen zal,
in stukjes, en beetjes,
in blokken en brokken,
wij, wortelkoor…

Het gaaienkoor breekt in op de klaagzang van de wortels (‘word wakker worteltuig’) en de gaai die bevriend is met de eik – boom en vogel hebben talloze koosnaampjes voor elkaar – vertelt hoe de kap verloopt. Een zwarte wolk van kraaien, eksters, kauwen, gaaien, raven en roeken verduisteren de hemel en jagen de zagers weg. En dan breekt de coronacrisis uit en komt de hele wereld min of meer tot stilstand. Er zijn geen files meer, de rupsen smaken minder rokerig en het wortelweb heeft weinig meer door te geven. De eik is niet meer alleen. Opeens denkt iedereen na over stilstand en onthaasting en de relatie tussen mens en natuur. Voorlopig is een bredere snelweg niet nodig.

‘Ik besta uit honderdduizend kelen, ik besta uit miljoenen vleugels’, zegt de gaai als een zwerm vogels de mannen aanvalt die de eik net voor het begin van de coronapandemie om komen zagen. De eik was hier is niet alleen voor kinderen interessant. Ook liefhebbers van het werk van de filosofen Gilles Deleuze en Félix Guattari komen aan hun trekken. Bekende begrippen als swarm, war machine, pack, multiplicity, rhizome (wortelstok) en becoming animal uit hun boek A Thousand Plateaus (1980), net als Dumon Taks boek een tijdreis, klinken door in de relatie tussen de eik en de gaai. Als een revolutionaire oorlogsmachine beschermen de vogels de eik. ‘Duizenden kelen schreeuwen. Ik voeg mijn keel erbij. En duizenden vleugels klapperen wanneer de vogels een voor een op de aarde neerdalen.’

Marie-José Klaver

Bibi Dumon Tak – De eik was hier. Geïllustreerd door Marije Tolman. Querido, Amsterdam. 94 blz. € 9,99.